De paasdagen zijn weer voorbij. Als je ver van je familie woont, weet je, dat “feestdagen” voor jou “logees” betekent. Soms voor 2 nachten. Vaker voor 3 of meer. Erg gezellig hoor, maar ook vermoeiend. Ik ben wel eens jaloers op die “oerdrenten”, die af en toe een uurtje bezoek krijgen of één of twee keer per week even aanwippen bij familie en kennissen. Een familielid van mij, die in Zuid-Frankrijk woont, klaagt ook steen en been. Hij wordt weleens gebeld: “Hallo, joh, we zijn “toevallig” in de buurt. Is het goed dat we “even” langskomen?” En vervolgens blijven ze een week, herrie makend in het zwembad, de koelkast plunderend en de gastheer bevorderend tot taxichauffeur. Zo erg is het bij ons nog net niet. Maar ook een paar dagen zijn vermoeiend.
Als je googelt op begrippen als mama en moeder kom je ook jazznummers tegen. Eigenlijk kunnen we er niet onderuit. Volgend jaar moet er een nummer over Moeder op het repertoire. Ik heb wel enige suggesties: Hard Mother Blues, Mother Fingers, Mama Africa met een tweede stem voor Desiree, Big fat mama (al deel ik de wens van de zanger niet), Mama Llama Samba (te moeilijk denk ik….) en als dat allemaal niet kan, laten we dan maar een bewerking maken van Moeder van Danny de Munk of Geen kind meer van Karin Bloemen.
Overmand door emoties moet ik nu stoppen…
Dick (ps: de groeten aan je moeder)