BigBand Coevorden
  • Volgend optreden
  • Home
  • De Bigband
    • Huidige bezetting
    • Ontstaan
    • Waar en wanneer?
  • Mag ik meedoen?
  • Vacatures
  • Contact
  • Bandleden Only

Aflevering 14

24/11/2009

 
Song for Tim & Tom…

Soms heb je weleens een melige bui. Druilerig weer buiten. Sinterklaas net aangekomen... Binnen heb je veel te doen, maar nergens zin in. Je staart wat naar je toetsenbord en denkt: wat nu…

Een fors aantal jaren geleden – het was nog in de vorige eeuw – was er een tv-spelletje, waarbij geïmproviseerd werd op de letters van namen. Iemand riep zijn naam en de pianist (volgens mij was dat Louis van Dijk in zijn jonge jaren en als hij het niet was, had hij het kunnen zijn) destilleerde de “muzieknoten” uit de naam: Christoffel = C B (h) Es F F E. En op dat thema werd vervolgens gepreludeerd.
Hoe zit dat met de bigband Coevorden. Wat gebeurt er als je alle namen achter elkaar zet en er de noten uithaalt? Ik heb het gedaan, te beginnen bij de voorste rij (Henk, baritonsax, meteen een Duitse B erbij!) en opwerkend naar de climax: Gerard. Dat betekent wel automatisch, dat het stuk of in D zal moeten staan, of erg onbevredigend zal eindigen. Nou ja, je kan niet alles hebben.
Sommige van ons hebben zeer “muzikale” namen: Desiree (trompetist) spant de kroon, maar ook Annelies (altsax), Stefan (slagwerk) en (hoe kan het anders) Gerard zijn dankbare objecten voor experimentele muziek.

Maar Tim en Tom…

En hoewel Tom de band imiddels heeft verlaten, draag ik de compositie op aan Tim en Tom. Het nummer zal nooit de top 100 halen, maar je kan tenminste zeggen, dat er ooit een etude aan je is opgedragen...
De etude bestaat uit 3 delen:
1.    Romance, ontstaan uit de eerste noten van alle namen:  B-A-A-D-F-E-Eb-G-E-A-A-D-Eb-A-Eb-A-D-G
2.    Menuet, opgebouwd uit de 2e letters van de bandleden, zover ze die dan nog beschikbaar hebben: E-E A-A-C A-E-A-E-Eb-Eb-E-E-E-A-E
3.    Adagio, uit de 3e letters: E-Eb-E-E-Eb-F-E-A
Nu ben je natuurlijk nieuwsgierig, hoe het klinkt. Ja, probleempje. Melig zijn is één, maar een goede improvisatie schrijven is iets anders. De thema’s, tenminste één ervan, kun je hier horen, maar ik weet zeker, dat docenten van CQ deze thema’s wel verder willen uitwerken met hun leerlingen.
Bij de diverse uitvoeringen zitten Tim en Tom dan op de eerste rij…

Improviseren is eigenlijk hetzelfde als componeren. Het is een soort sneldichten. Waar een componist de tijd neemt om de noten in het juiste evenwicht te krijgen t.o.v. elkaar en het geheel, daar beslist de improvisant (nieuw woord) in een fractie van een seconde. Hij heeft dan wel de steun van een vastliggend akkoordenschema. Maar toch kan dat makkelijk mis gaan, weet ik uit eigen ervaring. Er zijn tijden geweest, dat ik dacht, dat improviseren het summum was van vrij spelen, dat je je kon laten gaan en alle gevoelens vertalen in ontroerende en wanhopige klanken, danwel confronterende en juichende tonen. Maar niets is minder waar. Natuurlijk speelt je emotionele stemming een rol, maar improviseren is vooral rekenen in mijn geval: akkoorden herkennen, de voortekens plaatsen, drie-, vier en vijfklanken kunnen spelen en dan ook nog tellen. Misschien moet ik overgaan naar vrije jazz. Ik meen me te herinneren dat in de 2e helft van de vorige eeuw de vrije jazz (free jazz) een poosje bekendheid kreeg en nog wel eens te horen was op de radio. Dat “vrij” duidde op het spelen zonder je te storen aan sociale, historische, psychologische en muzikale regels. Luister maar naar de opname hierboven. Maar als je beschouwingen leest over free -jazz-musicians als Paul Flaherty en Vartan Mamigonian (je kende ze natuurlijk al!) merk je, dat zij in al hun vrijheid zichzelf eigen muzikale regels oplegden. “Vrij” – en dan bedoel ik helemaal vrij van alles – bestaat gewoon niet, ook niet in de muziek. Wel een troost voor me....  

Dick

aflevering 13

17/11/2009

 
  It’s allright

Nou ja, allright….
Ik arriveer vanavond aan de late kant, zo tegen half acht. Gehaast kom ik binnen. Annelies en Desiree verwelkomen me in een verder praktisch lege hal. “Waar is iedereen?” We besluiten, dat het misschien niet duidelijk was, dat we deze week om half acht beginnen. Is ook lastig, de ene week zus en de andere week zo. Frans komt, kijkt ook verbaasd. Gerard sluit zich bij ons aan. Half acht en te weinig mensen voor een Big Band. Een Small Band dan misschien? We verplaatsen ons naar de Synagoge. Stoelen opstellen. Op jacht - door het gehele gebouw - naar lessenaars. We zitten. Oeps, vals, stemmen, te laag, te hoog. Gerard meldt de afwezigen: musical, ziekte en andere belangrijke zaken. Laten we beginnen met It’s allright. Is niet allright. Verkeerde versie bij de één, niet kunnen downloaden bij de ander. Zoeken in het koffertje, blad 2 wel, blad 1 niet, ja toch! Oh, er zijn drie bladzijden. We spelen wat anders. Pink Panther. Pink Panther? Spelen we dat ook en kan dat met deze – inmiddels – 10 man? Laten we Here, There and Everywhere  doen. Gaat goed, klinkt leuk! Mercy, Mercy, Mercy. Fantastisch. We krijgen de beat erin. Birdland. Kent iedereen natuurlijk. Nee? Vernoemd naar een kroeg in NY 52th street en die is weer vernoemd naar Charley Bird Parker. Heeft iemand een partij niet? De meesten niet. Zoeken, vinden, of kijk maar bij je buurman. Gerard rent van piano naar sax naar dirigentenplaats, speelt mee achter in het orkest, voor het orkest  en naast de ritme groep. Arjan verstuikt zijn vingers bijna bij het laatste akkoord. Sensationele verhalen: drummers die met hun sticks in hun haar verward raken. Slagaderlijke bloedingen en nog erger. Gevaarlijk beroep, muzikant. Inpakken. Opruimen. Tot volgende week, acht uur natuurlijk…

Een avondje Bigband, hoe klein die soms ook is, is plezierig vermoeiend. Hoge concentratie wordt gekoppeld aan lachen en chaos en dan komt er iets moois uit. Maar als toeschouwer krijg je het hierboven geschetste beeld.

Thuisgekomen zit ik achter mijn computer in alle rust te schrijven. Ik drink alsnog mijn kopje koffie en kijk met een schuin oog naar Ocean’s Twelve. Chaotische film over een meester inbraak met veel humor. Veel spanning, een job die grote concentratie vergt, flitsende beelden, goede film. Lijkt een beetje op een bigbandrepetitie.

Dick

Aflevering 12

10/11/2009

 
Energie en techniek

Het leuke van de bigband-muziek is de energie die het orkest genereert. 
Die energie moeten we er dus eerst zelf instoppen. Hard werken dus. Neem nummers als Jump en Moondance, met snelle passages of Walkin’ in Sunshine met keiharde en lange noten. Het geeft veel voldoening om zo’n nummer tot een goed einde te brengen. Zo’n nummer is ook
Funky Cha Cha. Dat staat al heel lang op het repertoire en we spelen het bijna (...) uit het hoofd. Het is geschreven door Arturo Sandoval. Ik heb even gegoogled op deze man en het blijkt dat hij veel gedaan heeft. Als trompettist speelde hij met vele grootheden uit de jazz, maar ook met toppers uit de popwereld zoals Alice Keys. Ik ben geen fan van hem geworden. Hij speelt nogal “zenuwachtige” muziek, die vooral uitdrukt, hoe vakbekwaam hij is. Ik houd meer van gevoelige muziek, denk ik. Het hoeft niet perfect te zijn, maar het moet je wel raken.

Als het om techniek gaat is het ook goed om naar de klassieke muziek te kijken. Sommige trompettisten spelen achteloos de meest snelle loopjes en patronen, die vooral (?) in de Barok muziek (in dit geval van Telemann) ruim voorhanden zijn. Klassieke componisten componeerden vaak voor hun eigen orkesten en in opdracht. Omdat de oorspronkelijk bezettingen en de oorspronkelijke instrumenten niet altijd meer bij elkaar te brengen zijn, is veel Barokmuziek omgezet naar andere bezettingen. Dat levert vaak fantastische resultaten op. Zo is de Toccate en Fuga van Bach eens vertolkt door een Canadees koperensemble. Je moet er eens naar luisteren. Zie het maar als een stukje algemene ontwikkeling naast de kennis over Jim en K3…

Al zoekende ontdekte ik, dat dit magistrale orgelwerk van Bach misschien niet eens door Bach is gecomponeerd! Ik heb gepoogd om de redenatie, die aan die twijfel ten grondslag ligt, te begrijpen, maar het is echt voer voor musicologen.
Niet dat het erg belangrijk is.  Wie het ooit gecomponeerd heeft, maakt toch niet uit? Het blijft mooie (voor sommigen) of afgrijselijke (voor anderen) muziek. De heibel van vandaag de dag over de Stemra/Buma-rechtenin relatie met internet (het embedden van You Tube-filmpjes bijv.) begrijp ik daarom (deels) wel, maar grotendeels niet. Tekstdichters, musici en componisten moeten óók leven en hun inkomsten dienen ze uit hun product zien te halen. Dus moeten ze beschermd worden. Dat vind ik een goede zaak. Maar of je de producten van auteurs/componisten, die al 30 jaar niet meer onder ons zijn moet beschermen, is voor mij de vraag. De inkomsten daaruit gaan toch naar de nazaten of de muziekindustrie. We leven in een veranderende wereld, waar andere normen gaan gelden, andere vragen ontstaan en nieuwe (digitale) technieken worden beproefd.  Natuurlijk moeten productiekosten gedekt worden (arbeidsloon, materiaalkosten, logistieke kosten etc.), weet ik, weet ik! Maar daar moet toch iets anders voor te bedenken zijn? Bovendien is de meestal slechte kwaliteit van de You Tube filmpjes
juist vaak een stimulans, een reden, om alsnóg een CD of DVD van de betreffende artiest aan te schaffen. Helaas voor iedereen, die onze flitsende You Tube filmpjes hebben gezien en zich – in opperste opwinding - naar de plaatselijke CD-shop hebben gespoed, om dé DVD van onze optredens te bemachtigen: Hij is nog niet uit. Nog even wachten dus…

Dick

Aflevering 11

3/11/2009

 
On the sunny side of the street

We speelden vandaag – voor het eerst – You’d be so nice to come home to. Chaos natuurlijk. Maar prachtige harmonieën. We probeerden – zonder metronoom overigens – ook Send in the Clowns. Fantastisch gearrangeerd en inderdaad: weer chaos, zoals altijd als we met een nieuw stuk beginnen.,
In mijn speelmap zit ook een stuk, dat
On the Sunny Side of the Street heet. We hebben het eveneens nog nooit gespeeld. Dat is jammer, want het is een vrolijk stuk en net nu we de wintertijd weer terug hebben, is een beetje “zon” wel welkom. En zon doet wonderen, want het liedje zegt: “If I never had a cent I'll be as loaded as old Rockfeller/With that gold dust 'round my feet/On the sunny side of the street” (al had ik geen cent, ik zou me zo rijk voelen als Rockefeller, met de gouden stralen om mij heen aan de zonnige kant van de straat (zéér vrij vertaald!)). De zon is altijd de metafoor voor geluk en vrolijkheid. Droeve liedjes, waarin de zon voorkomt, hebben het er altijd over dat hij juist verdwenen is of verduisterd of nooit meer zal schijnen. Terwijl in blije liedjes mensen gaan huppelen, dansen en lachen.
Het is maar goed, dat de zon niet altijd schijnt…


Het nummer dateert uit 1930 en misschien was het wel zo’n groot succes destijds, omdat die tijden net zo somber waren als nu (beurskrach, 1929). Die crisis was de eerste goed gedocumenteerde crisis: Er was radio en er waren kranten. Iedereen wist ervan en grote aantallen mensen voelden het ook aan den lijve. De industriële revolutie van eind 1800 en de diverse oorlogen (’14- ’18) waren sterke aanjagers voor het kapitalisme geweest en er werden grote sommen geld verdiend op de beurs in Wallstreet. Ook toen dacht men dat de bomen tot in de hemel groeiden en hield men geen rekening met een sterke recessie. Ik weet wel, dat de verhalen – die mij overigens verteld werden, om geen misverstanden over mijn leeftijd te krijgen - erg tot mijn verbeelding spraken. Verhalen over aandeelhouders, die van gebouwen afsprongen, of op andere wijze hun leven in wanhoop beëindigden (Hoe wanhopig moet je zijn om zo’n stap te doen?) en over de grote armoede bij de fabrieksarbeiders.
 Nu verloopt de crisis wat minder rigoureus, ondanks de grote problemen, die de ontslaggolven in gezinnen  veroorzaken en de giga-bedragen waar het nu om gaat.


On the Sunny side of the street is door velen vertolkt en in een aantal films gebruikt. Het is een beetje een “huppelnummer”: pedá, pedá, peda. Gerard heeft daar zo zijn ideeën over. Dus voorlopig zal het ook wel door ons niet gespeeld worden. Maar degene, die het wel hebben uitgevoerd, hadden daar meestal wel succes mee. Je zingt het makkelijk mee en het blijft in je geheugen hangen, tot vervelens toe (zoals nu bij mij)! Er zijn makkelijk plaatjes bij te bedenken en zangers kunnen lekker uithalen in de “bridge”. En aangezien we de laatste concerten uitsluitend buiten hebben gegeven valt het toch te overwegen het nummer op het repertoire te zetten, voorzien van een choreografie (iets voor Rosan?) om tijdens het wandelen in ludieke patronen het toegestroomde volk te vermaken. Of misschien is het beter en meer passend bij het karakter van onze bigband om te slenteren als chaotisch, maar swingend groepje, langzaam wandelend in de zon, zoals de oude dixyland bands in New Orleans dat deden. Worden we toch nog een dweilbandje…

Dick

    Foto
    Picture
    Foto

    RSS-feed

    Archives

    Januari 2013
    December 2012
    November 2012
    Oktober 2012
    September 2012
    Juli 2012
    Juni 2012
    Mei 2012
    April 2012
    Maart 2012
    Februari 2012
    Januari 2012
    December 2011
    November 2011
    Oktober 2011
    September 2011
    Juni 2011
    Mei 2011
    April 2011
    Maart 2011
    Februari 2011
    Januari 2011
    December 2010
    November 2010
    Oktober 2010
    September 2010
    Augustus 2010
    Juni 2010
    Mei 2010
    April 2010
    Maart 2010
    Februari 2010
    Januari 2010
    December 2009
    November 2009
    Oktober 2009
    September 2009

Photos used under Creative Commons from DJ Buck, maartmeester