Eh one, eh two
Big Spender, wat een nummer! Het roept allerlei beelden op. Het is vooral een uitdágend nummer. En op verschillende manieren: uitdagend vanwege de heavy beat in het nummer en de kracht waarmee het gespeeld moet worden en uitdagend vanwege de tekstuele inhoud van het lied. Ik weet wel, dat toen het 20 jaar geleden een keer op TV werd “opgevoerd”, ouders werden gewaarschuwd, dat de beelden minder geschikt waren voor jeugdige kijkers. Ik weet niet wie dit allemaal leest, dus over het waarom ik zal niet verder uitweiden.
Het nummer is bekend geworden door Shirley Bassey. Die kent iedereen wel, denk ik. Wat de meesten – waaronder ik – niet weten, is dat het nummer geschreven is door Cy Coleman, een jazz-componist, die ook nummers als Blame it on Rio en Sweet Charity.
In de titel Sweet Charity is ook iets van vrijgevigheid te vinden. Blijkbaar was dat voor Cy een belangrijk onderwerp. En voor wie is dat het niet? Schaarste is voor iedereen vervelend Neem de band nou een: de beschikbare oefenruimten zijn allemaal vol en er is – blijkbaar – geen geld om extra ruimte bij te huren in een school, verzorgingshuis, oud gemeentehuis, consistorie, toneelzaal van de plaatselijke kroeg of op plekken waar schuurfeesten gehouden worden… Ik ben blij dat m.n. die laatste optie geen werkelijkheid is geworden, want die schuren zijn koud en tochtig. Dus vanavond en over 14 dagen en over 4 weken enz. kan de repetitie niet doorgaan? Dat kan natuurlijk niet. En slepen van hot naar her met een drumstel, versterkers en een stagepiano is ook geen optie.
Ach, er komt wel een oplossing denk ik zo. Want één keer per week oefenen is met zoveel nieuw repertoire echt wel noodzakelijk. Bovendien kijken alle bandleden uit naar die dinsdagavond. Je hebt geen idee hoeveel plezier je kan beleven aan samenspel. Maar kom je te weinig samen, dan wordt het nooit iets en verzwakt de motivatie. Tot zover de psychologie van de prestatie. Directies, met een commercieel en ideëel belang, zijn zich daar natuurlijk veel meer van bewust dan columnisten.
Maar vanavond geen bigband en derhalve kunnen we niet aan elkaar laten horen hoe we de 3 nieuwe partijen in onze vingers hebben gekregen. En bovendien kan mijn vrouw mij na afloop niet thuis verwelkomen met You’d be so nice to come home to, want ik ben niet eens weggeweest…
Dan de tijd maar gebruiken om na te denken over een nieuwe naam voor de band.
Favoriet bij mijzelf is op dit moment Club Q. Het is eigentijds, bevat de naam van de muziekschool en maakt nieuwsgierig (waar staat de Q voor?). Maar aan de andere kant kan het net zo goed de naam van een obscure sextent zijn. Dat is nou weer minder… Dan maar JazzClub Q. Is beter!
Toch tot vanavond maar even laten bezinken. En hopen dat AZ wint! Kijk, dat is nu weer het positieve van de afgelasting: we kunnen naar het voetbal kijken. Wie zei dat ook alweer: elk nadeel hep ze voordeel?
Big Spender, wat een nummer! Het roept allerlei beelden op. Het is vooral een uitdágend nummer. En op verschillende manieren: uitdagend vanwege de heavy beat in het nummer en de kracht waarmee het gespeeld moet worden en uitdagend vanwege de tekstuele inhoud van het lied. Ik weet wel, dat toen het 20 jaar geleden een keer op TV werd “opgevoerd”, ouders werden gewaarschuwd, dat de beelden minder geschikt waren voor jeugdige kijkers. Ik weet niet wie dit allemaal leest, dus over het waarom ik zal niet verder uitweiden.
Het nummer is bekend geworden door Shirley Bassey. Die kent iedereen wel, denk ik. Wat de meesten – waaronder ik – niet weten, is dat het nummer geschreven is door Cy Coleman, een jazz-componist, die ook nummers als Blame it on Rio en Sweet Charity.
In de titel Sweet Charity is ook iets van vrijgevigheid te vinden. Blijkbaar was dat voor Cy een belangrijk onderwerp. En voor wie is dat het niet? Schaarste is voor iedereen vervelend Neem de band nou een: de beschikbare oefenruimten zijn allemaal vol en er is – blijkbaar – geen geld om extra ruimte bij te huren in een school, verzorgingshuis, oud gemeentehuis, consistorie, toneelzaal van de plaatselijke kroeg of op plekken waar schuurfeesten gehouden worden… Ik ben blij dat m.n. die laatste optie geen werkelijkheid is geworden, want die schuren zijn koud en tochtig. Dus vanavond en over 14 dagen en over 4 weken enz. kan de repetitie niet doorgaan? Dat kan natuurlijk niet. En slepen van hot naar her met een drumstel, versterkers en een stagepiano is ook geen optie.
Ach, er komt wel een oplossing denk ik zo. Want één keer per week oefenen is met zoveel nieuw repertoire echt wel noodzakelijk. Bovendien kijken alle bandleden uit naar die dinsdagavond. Je hebt geen idee hoeveel plezier je kan beleven aan samenspel. Maar kom je te weinig samen, dan wordt het nooit iets en verzwakt de motivatie. Tot zover de psychologie van de prestatie. Directies, met een commercieel en ideëel belang, zijn zich daar natuurlijk veel meer van bewust dan columnisten.
Maar vanavond geen bigband en derhalve kunnen we niet aan elkaar laten horen hoe we de 3 nieuwe partijen in onze vingers hebben gekregen. En bovendien kan mijn vrouw mij na afloop niet thuis verwelkomen met You’d be so nice to come home to, want ik ben niet eens weggeweest…
Dan de tijd maar gebruiken om na te denken over een nieuwe naam voor de band.
Favoriet bij mijzelf is op dit moment Club Q. Het is eigentijds, bevat de naam van de muziekschool en maakt nieuwsgierig (waar staat de Q voor?). Maar aan de andere kant kan het net zo goed de naam van een obscure sextent zijn. Dat is nou weer minder… Dan maar JazzClub Q. Is beter!
Toch tot vanavond maar even laten bezinken. En hopen dat AZ wint! Kijk, dat is nu weer het positieve van de afgelasting: we kunnen naar het voetbal kijken. Wie zei dat ook alweer: elk nadeel hep ze voordeel?