Vakantie
Deze week is er niemand bij CQ.
Wat zullen de buren blij zijn! Even geen beginnend drummer, die dwars door GTST heenslaat. Nu geen duet van blokfluiten, die samen met een aria uit de Zauberflöte en een Argentijns, voor hen onbekend nummer, gespeeld op 15 accordeons, de liveopname van Aafje Heynes onhoorbaar maken. Liveopnamen van wie, hoor ik je denken? Aafje Heynes, een alt uit de vijftiger jaren, die later als zangpedagoge furore maakte (al kenden ze dat woord toen nog niet…). Enkele jaren geleden zijn oorspronkelijke opnamen van haar geremasterd, zoals dat geloof ik heet en met de naam “Dank sei dir, Herr” op een cd gezet. Echt heel erg mooi. Een aanrader voor de liefhebber.
Maar even terug naar de vakantie. Er zijn geen muzieklessen en er is dus ook geen repetitie van de bigband Coevorden. Dus ook geen voeding voor mijn blog! Wat moet ik nou met de tijd!
Sommigen gaan weg, met vakantie. Meestal is dat naar een adres in Nederland of niet ver daarbuiten. Een week is immers kort. Als ik de hond uitlaat kom ik er vaak één of meer tegen: vakantiegangers die het Pieterpad lopen. Je herkent ze aan het boekje in de hand, de zoekende blik langs bomen en palen en de rugzak. Door de bossen vinden ze goed hun weg. De markeringen zijn fris geschilderd en de paden zijn min of meer logisch. Maar als ze in Sleen komen is het zoeken geblazen. Velen moeten daar de weg vragen. En dat is weer goed voor de horeca aldaar! Dus zullen de aanduidingen in het dorp niet snel verbeterd worden.
In Dalen kom je ook vakantiegangers tegen. Vlak voor en vlak na de reguliere vakantie is de gastenpopulatie vaak grijs of jong getrouwd met een pasgeborene (’t zal wel een aanbieding in een babypakket, zoals de Blije Doos (eh…?) zijn, ), in de herfstvakantie kom je de vermoeide ouders tegen met opgroeiende kinderen. Blij dat zij even hun kroost op de Hüttenheugte los hebben kunnen laten, zwemmend, klimmend, bowlingend (nieuw woord!) of etend.
Hoeveel leerlingen van CQ bedenk ik me, zouden elkaar in de vakantie opzoeken om het gat dat door een gesloten CQ is ontstaan, op te vullen met zelfwerkzaamheid? Die zich verenigen in tijdelijke muziekensembles en met elkaar discussiëren over de interpretatie van het mezzo forte deel in de Courante? Of zijn de meeste leerlingen van CQ gewoon leerlingen, d.w.z. cursisten, die blij zijn dat ze even niet hoeven… Ik denk dat laatste (erg gezond). Blij dat ze vrij zijn en ook blij, als ze straks weer kunnen beginnen. Nu is dat niet met alle leerlingen van CQ het geval. Een deel werkt of is zelfs die fase al voorbij. Die weten niet dat het af en toe vakantie is en als die niet tijdig worden gewaarschuwd staan ze – gehospitaliseerd als ze zijn – voor een gesloten deur. Voor hen zou eigenlijk buitenschoolse (= voor hen, die niet meer op school zijn) opvang geregeld moeten worden in de vorm van masterclasses of samenspelsessies.
Nou ja, ik ga maar bladblazen….
Dick
Deze week is er niemand bij CQ.
Wat zullen de buren blij zijn! Even geen beginnend drummer, die dwars door GTST heenslaat. Nu geen duet van blokfluiten, die samen met een aria uit de Zauberflöte en een Argentijns, voor hen onbekend nummer, gespeeld op 15 accordeons, de liveopname van Aafje Heynes onhoorbaar maken. Liveopnamen van wie, hoor ik je denken? Aafje Heynes, een alt uit de vijftiger jaren, die later als zangpedagoge furore maakte (al kenden ze dat woord toen nog niet…). Enkele jaren geleden zijn oorspronkelijke opnamen van haar geremasterd, zoals dat geloof ik heet en met de naam “Dank sei dir, Herr” op een cd gezet. Echt heel erg mooi. Een aanrader voor de liefhebber.
Maar even terug naar de vakantie. Er zijn geen muzieklessen en er is dus ook geen repetitie van de bigband Coevorden. Dus ook geen voeding voor mijn blog! Wat moet ik nou met de tijd!
Sommigen gaan weg, met vakantie. Meestal is dat naar een adres in Nederland of niet ver daarbuiten. Een week is immers kort. Als ik de hond uitlaat kom ik er vaak één of meer tegen: vakantiegangers die het Pieterpad lopen. Je herkent ze aan het boekje in de hand, de zoekende blik langs bomen en palen en de rugzak. Door de bossen vinden ze goed hun weg. De markeringen zijn fris geschilderd en de paden zijn min of meer logisch. Maar als ze in Sleen komen is het zoeken geblazen. Velen moeten daar de weg vragen. En dat is weer goed voor de horeca aldaar! Dus zullen de aanduidingen in het dorp niet snel verbeterd worden.
In Dalen kom je ook vakantiegangers tegen. Vlak voor en vlak na de reguliere vakantie is de gastenpopulatie vaak grijs of jong getrouwd met een pasgeborene (’t zal wel een aanbieding in een babypakket, zoals de Blije Doos (eh…?) zijn, ), in de herfstvakantie kom je de vermoeide ouders tegen met opgroeiende kinderen. Blij dat zij even hun kroost op de Hüttenheugte los hebben kunnen laten, zwemmend, klimmend, bowlingend (nieuw woord!) of etend.
Hoeveel leerlingen van CQ bedenk ik me, zouden elkaar in de vakantie opzoeken om het gat dat door een gesloten CQ is ontstaan, op te vullen met zelfwerkzaamheid? Die zich verenigen in tijdelijke muziekensembles en met elkaar discussiëren over de interpretatie van het mezzo forte deel in de Courante? Of zijn de meeste leerlingen van CQ gewoon leerlingen, d.w.z. cursisten, die blij zijn dat ze even niet hoeven… Ik denk dat laatste (erg gezond). Blij dat ze vrij zijn en ook blij, als ze straks weer kunnen beginnen. Nu is dat niet met alle leerlingen van CQ het geval. Een deel werkt of is zelfs die fase al voorbij. Die weten niet dat het af en toe vakantie is en als die niet tijdig worden gewaarschuwd staan ze – gehospitaliseerd als ze zijn – voor een gesloten deur. Voor hen zou eigenlijk buitenschoolse (= voor hen, die niet meer op school zijn) opvang geregeld moeten worden in de vorm van masterclasses of samenspelsessies.
Nou ja, ik ga maar bladblazen….
Dick