Hoi, daar ben ik weer. Ja, het is een paar weken rustig geweest en over het waarom heb ik al geschreven. Nu zijn de inkopen gedaan, de cadeautjes ingepakt en de gedichten geschreven en kan ik mij weer wijden aan de proza.
Dat dichten is trouwens wel leuk werk. Ja, natuurlijk is er de bekende Sinterklaasrijm: Sint zat te denken, wat hij jou zou schenken… Maar leuker zijn de gedichten á la Annie M.G.:
strootjes, lootjes, nootjes!
Wat drommel, waar zijn de kadootjes!
Ik ben wel een liefhebber van haar. In elk gedicht, of het nu voor kinderen is of voor volwassenen, of het nu bedoeld is om voor te lezen of om te zingen, altijd zit er een verborgen humor in. Altijd zie je haar met een ingehouden grijns de mensen op de hak nemen, zonder ze te kwetsen. Zelfspot en relativeringsvermogen zijn daar de voorwaarden voor en die eigenschappen heeft niet iedereen.
Hoewel Sinterklaas het volgens “de pers” dreigt te verliezen van Kerstmis (niet de kerst-”man”, want eigenlijk hoor je mensen daar nooit over praten. Het gaat met kerst om de sfeer, de boom en eventueel de cadeaus eronder), ergens, diep in ons wezen, is Sinterklaas voor eeuwig verankerd. Elk verhaal over de Sint levert wel een glimlach op. Sinterklaas hoort bij onze cultuur. En overal ter wereld wordt Sinterklaas gevierd in de Hollandse Clubs en de Ambassades. Ik zou wel eens willen weten hoe de gemiddelde buitenlander aankijkt tegen onze zwarte pieten met die grote zakken op de rug. Ik denk hetzelfde als wij bijvoorbeeld de Schotse tradities of historische optochten in Spanje bekijken.
Het zijn twee werelden. Ik luister anders naar muziek, dan – bijvoorbeeld - mijn partner. Zij ervaart het, ik analyseer het: wie heeft er gelijk? Juist, ja. Muziek gaat tenslotte over gevoel en niet over techniek. Daarom vindt “het publiek” een mooi gezongen “Edelweiss”, mooier dan een voortreffelijke uitvoering van Götterdämmerung van Wagner (dit fragment duurt “maar” 4,5 uur…). Maar toch, een goede bigband is altijd mooi, hoe ingewikkeld het arrangement ook is.
Dick